'Elke keer als je ze een stapje vooruit ziet gaan, is een feest'
SLIEDRECHT - In het kader van Internationale Vrouwendag op zondag 8 maart heeft de Sliedrechtse PvdA-afdeling aandacht gevraagd voor taal, het thema van dit jaar. ,,In De Reling wordt aan mensen uit verschillende landen als Somalië, Guinee, Sri Lanka, Pakistan en Marokko de Nederlandse taal geleerd”, vertelt burgerraadslid Jeyantha Kathiravelu, die een bos rode rozen overhandigde aan Ellen Hardenbol en haar interviewde over het vele vrijwilligerswerk dat ze doet.
,,Ellen was één van de eerste vrouwen zich in Sliedrecht inzette als taalcoach”, steekt Jeyantha van wal. ,,Woensdag- en donderdagmorgen komen de cursisten naar De Reling. Niet alleen om de taal (beter) te leren, maar ook vanwege het sociale aspect. Er leven veel vragen over onder andere inburgering, gezondheidszorg, geloofsbeleving en kinderopvang. Er wordt in groepjes, maar ook individueel gecoacht. Ellen geeft niet alleen les in de Nederlandse taal. Ze is ook te vinden in de Wereldwinkel (hoek Rivierdijk/P.C. Hooftlaan, red.) waar artikelen worden verkocht uit Derde Wereld Landen en inwoners van Sliedrecht kunnen haar één keer per jaar aan de deur verwachten als ze op pad is om voor Amnesty International te collecteren. In Sliedrecht is ze het aanspreekpunt voor deze mensenrechtenorganisatie. Partij van de Arbeid Sliedrecht vindt Ellen een kei. Daarom is zij dit jaar onze heldin op Internationale Vrouwendag en dat is precies de reden dat wij vinden dat het dorp Ellen beter moet leren kennen, door middel van een kort interview.”
Wie is Ellen in je eigen woorden?
,,Ik ben getrouwd met Arie en heb een dochter van dertien, Tessa. Vroeger heb ik vertaalkunde gestudeerd, maar daar heb ik eigenlijk niets mee gedaan. Ik ben op de Merwebolder terechtgekomen, daar heb ik elf jaar gewerkt. Toen Tessa werd geboren, ben ik gestopt. Toen ze oud genoeg was om naar de peuterspeelzaal te gaan ben ik vrijwilligerswerk gaan doen. Eerst bij Waerthove en later ben ik bij Tessa op de basisschool gaan helpen met taal. Op een gegeven moment ben ik bij Vluchtelingenwerk terechtgekomen als taalcoach. Toen dat project afliep ging ik bij het Taalhuis aan de slag, samen met Margo van Mourik. Zij was ook taalcoach bij Vluchtelingenwerk.”
Waarom doe je wat je doet? (Wereldwinkel, taalcoach en Amnesty International)
,,Ik vind het gewoon heel leuk om met taal bezig te zijn en ik ben ook erg geïnteresseerd in andere culturen. Ik heb in Amsterdam gestudeerd. Daar woonde ik in een flat waar allerlei nationaliteiten woonden en we zijn zelf ook in allerlei landen geweest. Ik ben zelfs wel eens alleen in Arabische landen geweest. Dat vond ik zo moeilijk omdat ik de taal niet sprak. Maar het is vooral omdat ik het leuk vind. Bij Amnesty International ben ik het aanspreekpunt en de coördinator in Sliedrecht. Sinds anderhalf jaar sta ik in de Wereldwinkel. Dat is ook vrijwilligerswerk. Ik vind het gewoon superbelangrijk dat iedereen het zo goed krijgt als ik. Ik ben goed in taal, dus dan help ik daarmee. Zo zijn anderen weer goed in andere dingen en helpen zij op andere manieren. Ik kan gewoon niet thuis zitten, ik vind het zo belangrijk om kennis door te geven.”
Hoe lang ben je al vrijwilliger?
,,Ik doe al zo’n twintig jaar vrijwilligerswerk. Eerst elf jaar bij de Merwebolder, daarna bij de basisschool van Tessa, in Waerthove en inmiddels anderhalf jaar bij de Wereldwinkel en ik ben nu meer dan een jaar taalcoach.”
Wat vind je het leukst aan wat je doet?
,,Het helpen van mensen en het doorgeven van kennis. Ik vind het belangrijk dat ik vrouwen help als taalcoach. Elke keer als je ze een stapje vooruit ziet gaan, is een feest.”
Wat vind je minder leuk?
,,Dat er te weinig taalcoaches zijn. Ik doe hier graag een oproep aan mensen om zich op te geven. Het is leuk en je helpt er veel mensen mee. Er zijn bijvoorbeeld vrouwen die individueel les nodig hebben, maar dat kunnen we niet goed bieden omdat er te weinig taalcoaches zijn.”
Wat wil je meegeven aan iedereen die dit leest?
,,Geef je alsjeblieft op als taalcoach. Het is ontzettend leuk en we kunnen het echt goed gebruiken. En natuurlijk: Kom langs bij de Wereldwinkel.”
Bron: Erik de Bruin.
-S.jpg)
